‘Het ging heel langzaam, ik had het niet zo door. Ik werd steeds onhandiger, tenminste, dat dacht ik. Met bridgen kon ik uiteindelijk de schoppen en klaveren niet meer van elkaar onderscheiden. Mijn bridgemaatjes gingen de kaarten steeds dichter bij mij leggen. En toen ik een keer met een paar mensen een boot huurde, mocht ik niet aan het roer, terwijl ik jarenlang gevaren heb. Ik zei later: nou zeg, wat raar dat ze mij niet lieten varen! Toen kwam de uitleg: ze merkten dat je niet goed kon zien.’
‘Ik keek voortdurend door een beslagen ruit’
‘Vanaf ergens rond 2005 ging mijn zicht achteruit. Uiteindelijk was het net alsof ik voortdurend door een beslagen ruit keek. Ik werd geopereerd aan staar, wat wel leek te helpen, maar later bleek ik dystrofie van Fuchs te hebben. Daardoor wordt het hoornvlies dikker en troebel.’
‘Ik zag vreselijk tegen de transplantatie op’
‘Twee jaar terug, in 2018, was het niet meer te doen. Autorijden ging niet meer, ik kon geen ingewikkelde patronen meer breien… Alles wordt erdoor beïnvloed. Ik kwam op de wachtlijst voor een nieuwe cornea en na 8 maanden werd ik opgeroepen voor de transplantatie. Daar zag ik vreselijk tegenop, want ik wist niet of het goed zou gaan en het is beangstigend als ze aan je ogen komen. Wat hielp, was het vooruitzicht dat mijn zicht beter kon worden.’
‘Mijn andere oog ging ook achteruit’
‘De operatie viel tegen, ik had veel pijn. Ik moest 3 dagen volledig plat liggen om afstoting te voorkomen. Dat heb ik heel trouw gedaan, maar het hoornvlies liet toch los. Toen ben ik opnieuw geopereerd en daarna ging het goed. Ik kon weer zien, wat een wereld van verschil! Maar intussen ging mijn andere oog heel snel achteruit en in 2019 kreeg ik opnieuw een transplantatie. Daar zag ik veel minder tegenop, want ik wist hoe fijn het was om weer goed te zien.’
‘Ik ben mijn onzekerheid kwijt’
‘Het resultaat is niet te geloven. Wat een vrijheid heb ik teruggekregen! Ik heb mijn oude leven weer op kunnen pakken. Wat ik altijd als onhandigheid zag, was gewoon slecht zien. Mijn onzekerheid is ook verdwenen. Ik struikel niet meer over stenen en ik kan weer met de auto op stap. Ik merkte ook wel gekke dingen, hoor. Zo zag ik overal in huis stof liggen, dat had ik nooit opgemerkt. En ik zei tegen iemand: tjonge, wat een rimpels heb jij ineens, wat is er met je gebeurd? Zelf had ik trouwens ook veel meer rimpels gekregen, haha!’
‘Zonde om na je dood alles in de grond te stoppen’
‘Ik was altijd al positief over donatie, ik heb van jongs af aan rondgelopen met een codicil in mijn portemonnee. Ik ben ook altijd bloeddonor geweest. Dat ze alles na je dood in de grond stoppen of verbranden, vind ik zonde. Zo veel anderen kunnen daar nog wat aan hebben. Ik wil ook de nabestaanden van mijn donoren een bedankbrief schrijven, dat kan anoniem, dat wil ik graag nog doen. En aan mijn arts heb ik een kabeltrui cadeau gedaan, uit dankbaarheid dat ik nu die moeilijke patronen weer kan breien. Het is geweldig knap dat ze dit kunnen, zo’n hoornvlies transplanteren. Iedereen in die situatie die aarzelt, raad ik aan om het te doen. Het is echt fantastisch!’